De windvaan, je ziet ze wel eens staan op de top van een kerk of molen, wijzend in de richting van de wind. Het zijn metalen platen die draaien op een stang om de windrichting te kunnen aangeven, vaak nemen ze de vorm aan van een dier. Meestal gaat het dan om hanen, vandaar de tweede naam: een weerhaan. Vanwaar komt dat gebruik nu eigenlijk om windvanen de vorm te geven van dieren?
Oorsprong
Het oudste tastbare bewijs van het bestaan van windvanen gaat terug tot het Griekenland van 45 vChr., toen in Athene ’de Toren van de Winden’ werd gebouwd, een monument ter ere van de wind. Boven op de toren prijkte een bronzen windvaan in de vorm van Triton, de zoon van Neptunus. De ruïne is nog steeds bewaard in Athene. Enkele eeuwen later gebruikten ook de Vikings windvanen, om de juiste koers te bepalen met hun schepen. In de middeleeuwen was de windvaan een symbool voor macht, gebruikt door edelen. De titel van ridderbanet die hiermee gepaard ging, verschafte privileges aan de eigenaar. Het gebruik van windvanen werd gevulgariseerd en ze verschenen meer en meer in het straatbeeld, ook bij gewone ambachtslieden. Vanaf dit moment kregen windvanen creatievere vormen en was het beroep van de ambachtsman vaak af te lezen van de windvaan. In de 19e en begin 20e eeuw waren windvanen het voorwerp van een volksrage. De installatie van een windwijzer bevestigde dat het dak van het gebouw af was.
Type gebouwen
Windvanen zijn voornamelijk terug te vinden op kerken en molens. In de 9e eeuw zou de paus een wet gemaakt hebben die kerken verplichtte een windvaan in de vorm van een haan te plaatsen op de top van de kerktoren. Enkele eeuwen later, wordt het plaatsen van een windhaan afgebeeld op het Tapijt van Bayeux. Dat dit een oud gebruik is, staat dus vast. Vandaag worden nog steeds vele kerken bekroond met een windvaan. Meer algemeen was de kerk het hoogste gebouw van het dorp of de stad, waardoor de windvaan hier de beste zichtbaarheid had voor alle bewoners. In het geval van molens was het dan weer van belang om de windrichting te kennen, zo kon men de molen hierop afstemmen. De Oostmolen in Gistel bijvoorbeeld, wordt bekroond door een windvaan in de vorm van een menselijke figuur met hondje.
Symboliek van dieren bij windwijzers
Het gebruik van een dier als versiering van windvanen is niet zeldzaam, zeker hanen komen dikwijls voor. De keuze om een haan te plaatsen had te maken met religie. De haan moest Christenen aan hun geloof herinneren. Het is een verwijzing naar het Bijbelse verhaal waarin Jezus voorspelt dat Petrus hem drie keer zou verraden voordat ‘s ochtends de haan zou kraaien. Andere dieren kunnen verwijzen naar (patroon)heiligen, in Koekelare bijvoorbeeld neemt de windwijzer op het Fransmansplein (voorheen bevestigd boven de Sint-Maartenspomp op het Sint-Maartensplein) de vorm aan van Sint-Maarten en zijn paard. Maar het kunnen ook gewoonweg verwijzingen zijn naar het beroep van de bewoner van het huis onder de windvaan. Zo kozen boeren vaak voor dieren maar zouden zeevaarders dan eerder kiezen voor schepen of zeemeerminnen.